Algemene uitkering
In de 2e kwartaalbrief 2021 zijn de middelen die voor coronamaatregelen zijn ontvangen verwerkt (positief € 345.000). Nog niet verwerkt waren de aanpassingen van de maatstaven en de actualisatie van het accres zoals aangeven in de Maartcirculaire. In deze kwartaalbrief nemen we die effecten alsnog op. Dit levert een budgettair nadeel op van € 458.000.
Meicirculaire 2021
Op 31 mei 2021 is de Meicirculaire 2021 door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelatie (BZK) gepubliceerd. Dit is voor ons aanleiding om de raming van de algemene uitkering te actualiseren. Op basis van de ontwikkelingen uit de Meicirculaire 2021 verwachten wij over 2021 de volgende financiële effecten:
Financiële effecten Meicirculaire 2021 | 2021 |
---|---|
Uitkeringsfactor | |
Afrekening BCF plafond 2020 | 150 |
Accresontwikkeling | -5 |
Subtotaal: | 145 |
Ontwikkeling uitkeringsbasis | |
Hoeveelheidsverschillen | -30 |
Uitkeringsfactor | 340 |
Subtotaal: | 310 |
Taakmutaties | |
Aanpak problematiek jeugdzorg: verdringing en lichte jeugdzorgproblematiek | 330 |
Aanpak problematiek jeugdzorg: POH Jeugd GGZ | 15 |
Aanpak problematiek jeugdzorg: wachttijden specialistische jeugdzorg | 290 |
Rijksvaccinatieprogramma meningokokken + informed consent | 7 |
Diverse overige taakmutaties | 23 |
Subtotaal: | 665 |
IU/DU/SU | |
Maatschappelijke begeleiding statushouders (DU) | 55 |
Inburgering (IU) | -20 |
Subtotaal: | 35 |
Corona steunpakket | |
Heroriëntatie zelfstandigen (DU) (Corona) | 10 |
Jeugd aan Zet (DU) (Corona) | 10 |
Subtotaal: | 20 |
3 D’s in het sociaal domein | |
Participatie (IU) | 55 |
Voogdij/18+ (IU) | 15 |
Subtotaal: | 70 |
Mutatie Meicirculaire | 1.245 |
Stand Meicirculaire 2021 | 46.620 |
Afrekening BCF plafond
Het Btw-compensatiefonds (BCF) is opgericht om btw weg te nemen als factor in de afweging van decentrale overheden tussen uitbesteden en inbesteden (uitvoering door de eigen organisatie). Voor marktpartijen is er zo een eerlijke kans om bij gemeenten en provincies 'binnen te komen'. Decentrale overheden kunnen betaalde btw terugvragen bij het compensatiefonds. Dit compensatiefonds wordt gevoed door een verlaging van het gemeentefonds. Afgesproken is dat wanneer er meer of minder aanspraak wordt gemaakt op dit compensatiefonds, eventuele middelen aanvullend worden onttrokken dan wel terugvloeien naar het gemeentefonds. In 2021 is de verwachting dat er een onderbesteding gaat plaatsvinden. Hiermee vloeit een deel dus weer terug ten gunste van het gemeentefonds.
Accresontwikkeling
De ontwikkeling van de algemene uitkering wordt voor een belangrijk deel bepaald door de ontwikkeling van de rijksuitgaven. Volgens het systeem van ‘samen de trap op en samen de trap af’ hebben wijzigingen in de rijksuitgaven direct invloed op de omvang van het gemeentefonds. De jaarlijkse toename of afname van het gemeentefonds, voortvloeiend uit de trap op trap af-methode wordt het accres (dat is het Frans woord voor ‘groei’) genoemd, en wordt uitgedrukt in een percentage. Het percentage wordt berekend door de relevante rijksuitgaven in enig jaar te vergelijken met het daaraan voorafgaand jaar. Als de rijksuitgaven achter blijven bij de planning, wordt dat onderbesteding of onderuitputting genoemd. Ten opzichte van de vorige circulaire blijkt dat het accres met name minder is gestegen door lagere loon- en prijsontwikkelingen dan waar eerder rekening mee werd gehouden.
Het kabinet heeft besloten de extra uitgaven die gerelateerd zijn aan corona ‘buiten haken te plaatsen’. Ze worden dus niet meegenomen in de berekening van het accres.
Hoeveelheidsverschillen
Aan de hand van de laatste specificatie van het Ministerie van Binnenlandse Zaken (BZK) en de aangeleverde maatstaven zijn een aantal maatstaven geactualiseerd of definitief bekend geworden.
Uitkeringsbasis (effect uitkeringsfactor)
De uitkeringsbasis wordt gebaseerd op de aantallen qua maatstaven en de prijs per eenheid die daaraan is gekoppeld. De uitkeringsbasis heeft ten opzichte van de septembercirculaire 2020 een dalende tendens. Dat is vooral het gevolg van dalende aantallen bijstandsontvangers omdat de instroom door de corona-pandemie meevalt. Daarnaast dalen de aantallen inwoners en jongeren. Als de uitkeringsbasis daalt, zal dit leiden tot een toename van de uitkeringsfactor, om zo het geheel van het gemeentefonds te kunnen verdelen.
Extra middelen jeugdzorg
In de brief van 22 april jongstleden heeft de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport bekend gemaakt, om naast het reeds eerder toegezegde bedrag van € 300 mln., een aanvullend bedrag van € 613 miljoen. beschikbaar te stellen voor Jeugdzorg in 2021.
De extra middelen zijn onder andere bedoeld om in 2021 uitbreiding van de crisiscapaciteit jeugd-ggz mogelijk te maken en wachttijden aan te pakken. Daarnaast is afgesproken dat gemeenten en Rijk aan de slag gaan met maatregelen om de structurele houdbaarheid van de uitvoering van de Jeugdwet te verbeteren. Het gaat om het stimuleren van tariefdifferentiatie en standaardisatie van de uitvoering, het versmallen van de medische verwijsroute door enkel te verwijzen naar gecontracteerd aanbod en het breder invoeren van een praktijkondersteuner jeugd-ggz bij de huisarts.
Het bedrag van € 613 miljoen is opgedeeld in 2 onderdelen.
Een bedrag van € 483 miljoen wordt uitgekeerd middels het gemeentefonds. Hiervan is in de meicirculaire nu een bedrag van meegenomen van € 438 miljoen en beschikbaar voor gemeenten. Voor Diemen betekent dit een totaal bedrag van € 634.000, bestaande uit € 330.000 voor Verdringing en lichte problematiek, € 14.000 voor POH Jeugd en € 290.000 voor Wachtlijsten specialistische Jeugdzorg. Het andere deel (ad.€ 55 miljoen) is voor de VNG voor regionale coördinatie en landelijke informatievoorziening, hetgeen wordt verwerkt in de septembercirculaire 2021.
Een bedrag van € 120 miljoen wordt uitgekeerd via specifieke uitkeringen, welke aangevraagd kunnen worden (door een beperkt aantal coördinerende gemeenten) en maken dus geen onderdeel uit van het gemeentefonds.
Diverse overige taakmutaties
Daarnaast zijn er diverse overige kleine taakmutaties < € 15.000 en worden derhalve niet verder toegelicht.
Maatschappelijke begeleiding statushouders
Gemeenten zijn verplicht te voorzien in de maatschappelijke begeleiding van inburgeringsplichtige asielmigranten en hun gezinsleden. Hiervoor ontvangen gemeenten een vast bedrag van de gerealiseerde taakstelling. In deze circulaire worden de middelen toegekend op basis van de realisatie per peildatum 11 februari 2021.
Inburgering
De mutatie in de meicirculaire is 3 ledig.
Enerzijds vind er een korting op uitvoeringskosten plaats in 2021 i.v.m. de uitstel van de wet (uitname van € 26,9 miljoen in 2021);
Toename in de jaren daar na voor de ondertussengroep, verspreid over een aantal jaren (toename € 16,5 miljoen verdeeld over 2021 t/m 2026);
Toename over 4 jaren door hogere huisvestingstaakstelling, extra implementatiekosten en om gemeenten in staat te stellen vanaf 1 juli al zoveel mogelijk volgens de nieuwe wet te werken (toename € 29,4 miljoen verdeeld over 2021 t/m 2026);
Heroriëntatie zelfstandigen
Bij de aankondiging van het tweede steun- en herstelpakket is aangegeven dat gemeenten vanaf 1 januari 2021 ondersteuning bieden aan zelfstandig ondernemers die zich willen heroriënteren. Dit kan grotendeels vanuit de extra impulsen en extra budgetten voor crisisdienstverlening worden betaald. Voor aanvullend maatwerk voor zelfstandig ondernemers is in 2021 incidenteel een bedrag van € 6,39 miljoen aan het gemeentefonds toegevoegd.
Jeugd aan Zet
Het programma beoogt jongeren te ondersteunen die geraakt worden door de effecten van de coronacrisis. Doordat de dagelijkse activiteiten voor veel jongeren door de coronacrisis niet of niet goed mogelijk zijn (zoals onderwijs, sport, sociale ontmoetingen en de mogelijkheid om te werken) is er een toenemende overlast van jongeren in de openbare ruimte. Ook is er vanwege de steeds verdergaande en langdurige beperkende maatregelen grote zorg over het effect van de coronamaatregelen op de fysieke en psychische gezondheid van jongeren.
Het programma maatschappelijke diensttijd (MDT) (uitgevoerd door de ministeries van VWS, SZW en OCW) is van harte bereid om de jongeren in deze crisistijd te ondersteunen. Via dit programma wordt al een grote groep jongeren bereikt en tijdens de coronacrisis extra ondersteund. Het programma MDT zit nog in de groeifase en zoekt meer verbinding met gemeenten, zodat het programma MDT kan doorgroeien naar een landelijk dekkend netwerk. Om deze win-win situatie te versterken wordt ook ten behoeve van de wintereditie van Jeugd aan Zet een financiële bijdrage verstrekt van € 3,1 miljoen aan gemeenten in Nederland. Er nemen 307 gemeenten deel en per gemeente is een bedrag van € 10.000 beschikbaar gesteld. Hiermee kunnen gemeenten in deze coronatijd jongeren ondersteunen en tegelijkertijd kunnen jongeren een maatschappelijke bijdrage leveren waar deze nu nodig is.
Participatie
De omvang van de integratie-uitkering Participatie wijzigt door de toekenning van de loon- en prijsbijstelling 2021 (€ 39,78 miljoen in 2021, aflopend naar € 34,52 miljoen structureel). De verdeling van de bedragen per gemeente wijzigt in de eerste plaats door actualisatie van de verdeling van de Wsw-middelen. Deze is gebaseerd op de gerealiseerde omvang van de sociale werkplaatspopulatie (gemeten in standaardeenheden (SE) per betalende gemeente) zoals die bekend is uit het voorgaande jaar en een inschatting van de blijfkansen in de sociale werkplaats.
Voogdij 18+
Er zijn nieuwe gegevens (jaar 2020) over voogdij/18+ beschikbaar welke gebruikt zijn voor de verdeling van de bedragen voor 2022. Met de invoering van het nieuwe woonplaatsbeginsel verschuift de verantwoordelijkheid voor de zorg van naar inschatting zo’n 20.000 kinderen naar een andere gemeente. Dit stelt op hoofdlijnen dat de gemeente waar de ouder met het gezag woont ook verantwoordelijk is voor de financiering van jeugdhulp. In afwachting van de besluitvorming over de invoering van de nieuwe verdeling van het gemeentefonds wordt het woonplaatsbeginsel al wel ingevoerd vanaf 1 januari 2022. Dit is opgenomen in deze meicirculaire op basis van de meest recente gegevens en zijn ook gebruikt voor 2023 en verder. De compensatie impliceert ook een toename in de uitgaven als gevolg van het verleggen van de verantwoording voor de bekostiging. Om deze reden wordt geadviseerd om eerst een inschatting te maken van de uitgaven voordat dit bedrag als voordeel wordt verwerkt en vooralsnog tegenover deze post een stelpost qua uitgaven te verwerken.